Op 17 december 2019 stelde de gemeente Hoeksche Waard de omgevingsvisie ‘Kom Waardmaken’ vast. Hoeksche Waard is een (eiland)gemeente in Zuid-Holland, die 16 woonplaatsen, 14 wijken en 41 buurten. De gemeente telt 87.402 inwoners (1 januari 2020).
De omgevingsvisie
In de omgevingsvisie Kom Waardmaken worden vijf centrale opgaven benoemd onder de noemer Hoeksche Werken’: duurzaam, energieneutraal en klimaatbestendig; vitaal economisch klimaat; bereikbaar, nabij en toegankelijk; duurzame, innovatieve landbouw en vitale dorpen en actieve samenleving.
De projectorganisatie omgevingsvisie ontwikkelde een werkmethode waarin deze vijf opgaven worden gekoppeld aan de identiteit van een gebied. Waar vroeger bij planvorming vooral de kwaliteit van bouwwerken centraal stond, staan nu vraagstukken als voedsel, energie, klimaat, erfgoed centraal. Het centraler stellen van deze opgaven wordt gekoppeld aan de ‘omgevingskwaliteit’.
Omgevingskwaliteit
Wat inwoners de belangrijkste waarden vinden om de identiteit en kwaliteit van de Hoeksche Waard vast te houden, wordt ‘Hoeksche Waarden’ genoemd. Per deelgebied is aangegeven welke waarden er zijn en welke waarden verder ontwikkeld kunnen worden. Zo wordt er in de dorpen altijd bijgebouwd.
Waar ambtenaren het dan over woningen, woningaantallen en contingenten hebben, hebben de Hoeksche Waarders het over wonen. Dat is een essentieel verschil, omdat aan het begrip wonen waarden zijn verbonden die verder gaan dan louter getalsmatige. Sociale en maatschappelijke waarden zijn ook van groot belang. Waar vooralsnog veel ontwikkelingen blijven hangen in opgaven, wordt in Hoeksche Waard geprobeerd om opgaven te verdiepen door op zoek te gaan naar de waarden.
Participatie
De omgevingsvisie begint met de constatering dat het een spannend proces was om de Hoeksche Waarders zélf een visie te laten opstellen. Een visie van, voor en door de Hoeksche Waard.
‘Lange tijd nam de overheid in haar beleid het voortouw als het ging om het bepalen van kwaliteit in onze leefomgeving. De omgevingsvisie biedt handvatten en inspiratie aan iedereen die een bijdrage wil leveren aan de Hoeksche Waard. Dat noemen we Waardmaken’, aldus de visie. Dat is een nieuwe manier van ontwikkelen waar bij totstandkoming van een initiatief, de initiatiefnemers worden uitgenodigd bij te dragen aan de Hoeksche Waard: aan de Hoeksche Werken en de aan Hoeksche Waarden. Hierdoor is omgevingskwaliteit een verantwoordelijkheid van iedereen geworden.
Reactie uit de gemeente
Architectuur Lokaal sprak begin 2020 met landschapsarchitect Simone Diegenbach, die als procesmanager bij de totstandkoming van de visie betrokken was. ‘Het analyseren van de historische kwaliteiten van de Hoeksche Waard laat zien dat het gebied voortdurend verandert. De mensen die er wonen hechten juist sterk aan wat er is: zij willen dit voor de toekomst behouden. Dat de Hoeksche Waard continu in beweging is, zal bij toekomstige opgaven zoals energietransitie en klimaatverandering ook essentieel zijn. Tegelijk schuilt achter de wens om te (be)houden het vraagstuk van de identiteit. Dat is wat mensen belangrijk vinden. Het continu veranderen, steeds weer zorgvuldig inspelen op de opgaven die op het eiland af komen, maakt deel uit van deze identiteit.’
Het zoeken naar waarden is lang niet altijd makkelijk geweest; het was zoeken naar raakvlakken met de sociale opgaven. ‘Veel overleg met alle partijen heeft ervoor gezorgd dat deze waarden helder zijn gedefinieerd, door alle partijen zijn aangedragen en door alle partijen zijn gedeeld.’ Het idee achter de Omgevingswet over meer (maatschappelijk) initiatief is vertaald in de ‘ja, tenzij’-benadering. ‘We willen een positieve insteek hanteren. Mensen in het gebied zijn ondernemend en betrokken, zij willen graag actief bijdragen. Door deze ja, tenzij-benadering is het daadwerkelijk mogelijk om tot goede omgevingskwaliteit te komen.’
Diegenbach kijkt terug op een spannend proces. De uitwerking zal de komende tijd plaatsvinden in de vorm van een omgevingsplan. Hoe daarin het Hoeksche Waardensysteem wordt gehouden is goed vastgelegd. ‘Er wordt nog een kwaliteitsdocument opgesteld, en ik ben voor een half jaar een dag per week betrokken geweest bij de invoering van deze nieuwe manier van werken. Daarbij blijft het oefenen, experimenteren en afwachten.’