De gemeente Renswoude, in de Gelderse Vallei, stelde in juli 2018 de Omgevingsvisie Renswoude vast. In Renswoude ligt het kasteel Renswoude en ook de koepelkerk, die werd ontworpen Jacob van Campen. De Grebbelinie scheert langs de gemeente; het Grebbelinie Bezoekerscentrum ligt in Renswoude. Renswoude heeft 5.440 inwoners (1 januari 2020).
De omgevingsvisie
De voorloper van de Omgevingsvisie Renswoude was de toekomstvisie uit 2000. ‘Hoe ziet Renswoude er in 2030 uit?’ was de belangrijkste vraag die de gemeente zich indertijd stelde. Uit het participatieproces dat aan deze toekomstvisie vooraf ging, bleek dat de betrokkenheid en verbondenheid van de inwoners bij Renswoude groot is.
Omgevingskwaliteit
In de Omgevingsvisie Renswoude 2018-2030 wordt ruimtelijke kwaliteit onder meer aan gezondheid gekoppeld. In de visie heeft de uitstraling van Renswoude, het rustgevende en ruimtelijke karakter van het buitengebied een belangrijke plek. Behoud en zorg voor het unieke karakter en omgevingskwaliteit van Renswoude komen ten goede aan de leefbaarheid en daarmee aan de gezondheid. In de visie wordt speciale aandacht geschonken aan de kwaliteit van de openbare ruimte en het groen, door te onderzoeken hoe Renswoude nog groener en aantrekkelijker kan worden gemaakt. Daarbij wil de gemeente aan haar inwoners een actieve rol vragen bij het ontwikkelen van plannen voor de groene structuren. Nieuwe bebouwing dient te passen binnen de bestaande structuur, die is afgestemd op architectuur én bouwmassa’s in de directe omgeving. Hoogbouw past niet binnen de ruimtelijke structuur van Renswoude.
Bij het revitaliseren van bedrijfsterreinen wil de gemeente sturen op bedrijven in milieuvriendelijke sectoren die passen bij de schaal en maat van het dorp. Samenwerking met de ondernemers dient te leiden tot meer aandacht voor openbare ruimte en groen, met als het verhogen van de ruimtelijke kwaliteit en het waar mogelijk versterken van groenstructuren.
Voor het buitengebied weegt Renswoude naast agrarische belangen ook verdere versterking van de karakteristieke natuurwaarden af. Als leidraad wordt het Kampenlandschap gebruikt. Verrommeling van het buitengebied dient te allen tijde voorkomen te worden. Hoe dat voorkomen moet worden vermeldt de visie niet.
Participatie
In de visie wordt summier uitgelegd hoe de participatie tot stand is gekomen. Vermoedelijk speelt mee, dat Renswoude een van de eerste gemeenten is geweest die een omgevingsvisie hebben vastgesteld. De gemeente is samen met bewoners en andere relevante partijen aan de slag gegaan. Er wordt gesproken over het doorlopen van verschillende stappen met de ambtelijke organisatie, inwoners, leerlingen uit groep 8 en andere betrokkenen uit de gemeente. De omgevingsvisie is beknopt, overzichtelijk en to-the-point, in lijn met de gemeente en de bestuursstijl, aldus de visie.
Reactie uit de gemeente
Architectuur Lokaal sprak begin 2020 met Marcel Jansen, senior beleidsmedewerker fysiek domein.
‘De gemeente heeft voor het opstellen van de omgevingsvisie de bekende stakeholders aan tafel gehad, zoals onze eigen Monumentencommissie en de Welstandscommissie, maar ook de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed’, aldus Jansen.
Met het oog op het thema gezondheid werd de GGD aan tafel gevraagd bij de voorbereiding op de visie. Jansen: ‘In deze omgeving, het epicentrum van de pluimveesector, hebben we te maken met fijnstofproblematiek. Ook de Veiligheidsregio is aangesloten, bijvoorbeeld waar het gaat om openbare orde en veiligheid. We associëren ons als groene gemeente. We hebben de Global Goals, ook bekend als de Sustainable Development Goals of SDGs die zijn opgesteld door de Verenigde Naties, onderschreven. Dat uit zich onder meer in de afspraak dat tuinen en erven niet meer dan 50% verharding mogen hebben.’ Daarbij wordt samengewerkt met Operatie Steenbreek, een initiatief dat zich inzet tegen verharding van particuliere tuinen.
De betrokkenheid van de inwoners bij het voorbereiden van de visie was relatief. De leerlingen uit groep 8 betrekken was volgens Jansen een goede keuze: ‘De scholieren brachten interessante dingen naar voren bijvoorbeeld dat er ruimte moet zijn voor sociale contacten voor de verschillende leeftijdscategorieën. Ook de drukke Dorpsstraat werd veelvuldig genoemd als onveilig om over te steken.’