Eindhoven

Op 16 juni 2020 is de Omgevingsvisie ‘Eindhoven: Kloppend hart van brainport, Integrale visie voor de fysieke leefomgeving van Eindhoven’ vastgesteld. Eindhoven is, met 201.310 inwoners (1 januari 2020), de vijfde gemeente van Nederland. De gemeente Eindhoven ligt in Noord-Brabant en bevat naast de gelijknamige stad ook het dorp Acht en de uitbreidingslocatie Meerhoven.

De omgevingsvisie
Eindhoven maakt deel uit van de Metropoolregio Eindhoven (MRE). Daarnaast behoort Eindhoven ook tot het stedelijk netwerk BrabantStad. De MRE organiseert de samenwerking tussen de 21 regiogemeenten op de thema’s economie, ruimte en mobiliteit. BrabantStad is een samenwerkingsverband tussen Eindhoven, Den Bosch, Breda, Helmond, Tilburg en de provincie Noord-Brabant. Er wordt samengewerkt op economisch, ruimtelijk, sociaal en cultureel terrein. MRE noch BrabantStad zijn formele bestuurslagen.

De omgevingsvisie leunt sterk op het aspect Brainportregio. De stad heeft een belangrijke taak en functie als het gaat om het verder ontwikkelen en versterken van Brainport Eindhoven als economische wereldspeler op het gebied van kennisintensieve maakindustrie en design. Hiertoe wordt een excellent woon- en werkklimaat nagestreefd. Er zijn vier (deel)ambities opgesteld: Eindhoven als economische wereldspeler; als gezonde en toekomstbestendige stad; als sociale, inclusieve en gastvrije stad en als authentieke stad met sterke gebieden.
In drie drietal bijlagen wordt dieper ingegaan op aspecten die van belang zijn geweest voor deze visie: een statistisch overzicht, genaamd ‘de staat van de stad’; een overzicht van uitgangspunten voor nieuwe ruimtelijke initiatieven en een uitgebreid procesverslag plus verantwoording van het totstandkomings- en participatieproces.   

Omgevingskwaliteit
De gemeente erkent haar bijzondere positie om het algemeen belang te dienen en ziet het zorgen voor een goede balans tussen ruimte voor nieuwe ontwikkelingen en het beschermen en het versterken van de bestaande omgevingskwaliteit als een belangrijke opgave. In de visie worden de belangrijkste omgevingskwaliteiten van de stad opgenoemd als aangelegd en gebouwd erfgoed en archeologie; de drie landschapsparken Genneper Parken, Dommelpark en Brainport Park; de historische landschappen en de historische radialen; de beschermde stads- en dorpsgezichten; de Dommel, de Gender, de Groene Corridor, de ecologische verbindingszones en het natuurnetwerk ter hoogte van Dommel, Beatrixkanaal en Eindhovensch Kanaal; de waterwingebieden Klotputten, Welschap en Aalsterweg; grote infrastructuur zoals de kanalen, het spoor, de A2/N2 de Ring, HOV en snelfietsroutes; bedrijventerreinen, campussen en Eindhoven Airport; stedelijke knooppunten Centrum, Strijp-S, Winkelcentrum Woensel en Eindhoven Airport en de HOV-assen die de binnenstad verbinden met stedelijke knooppunten, campussen en Eindhoven Airport.

De stedelijke en groene hoofdstructuur van Eindhoven zijn belangrijk voor het functioneren en tevens kwaliteitsdrager van de stad. Behoud en versterking van deze structuur weegt daarom zwaar mee ten opzichte van andere belangen die zich op locatie kunnen voordoen, aldus de visie. Het beschermen en versterken van omgevingskwaliteiten draagt bij aan het bereiken van de ambities. In het omgevingsplan zullen hiertoe regels worden opgenomen, die gaan zorgen dat initiatieven bijdragen aan de omgevingskwaliteiten. De kwaliteiten van initiatieven worden getoetst door middel van een onafhankelijk en integraal advies.

Participatie
Naast de omgevingsvisie is er een document opgesteld waarin verslag wordt gedaan van het ‘proces van samenspraak’, zoals dat in Eindhoven wordt genoemd. Het verslag beschrijft in 114 pagina’s hoe inwoners, bedrijven, belangenorganisaties, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen bij de voorbereiding zijn betrokken. De visie is in vijf fasen opgesteld: voorbereidingsfase, inventarisatie bestaand beleid, herijking en aanvulling; rolbepaling en inspraak (inloopbijeenkomst en zienswijzen). In de eerste fase is met de GGD, de Omgevingsdienst (ODZOB) en de Veiligheidsregio (VRBZO) afgesproken dat zij mochten meeschrijven over de inventarisatie van bestaand beleid. Resultaten van dialoogsessies waaraan meerdere partijen deelnamen, zijn onder meer voorgelegd aan het ‘digipanel’, dat uit circa 6.500 inwoners  bestaat. Aan hen zijn telkens twee vragen over stedelijke opgaven en de bijbehorende rol van de gemeente gesteld. 2.211 leden van het digipanel hebben hierop geantwoord. De vragenlijst plus reacties zijn opgenomen in de bijlagen.

De gemeente is van mening dat initiatiefnemers zelf verantwoordelijk zijn voor de samenspraak met de omgeving. Hiermee wordt gedoeld op het feit dat initiatiefnemers zelf zorg moeten dragen voor het draagvlak bij het nemen van een initiatief. In bijlage B, ‘Uitgangspunten voor nieuwe ruimtelijke initiatieven’ zijn uitgangspunten opgenomen die sturend zijn voor de ruimtelijke ontwikkeling van de stad. Zij geven richting aan het handelen van gemeente en initiatiefnemers. Welke procedure hiertoe gevolgd dient te worden is niet vermeld.

Deze omgevingsvisie is vastgesteld vooruitlopend op de invoering van de Omgevingswet, naar verwachting per 1 januari 2023. Totdat de nieuwe wet in werking treedt vallen omgevingsvisies onder de huidige Wro. De omgevingsvisies die in de gemeenten zijn vastgesteld en gepubliceerd, zijn op deze website verzameld. Bij elk van de eerste honderd van deze omgevingsvisies is een globaal beeld geschetst over proces, participatie, omgevingskwaliteit en opgaven.